In de door uw Staten vastgestelde programmabegroting 2020 is in het meerjarenperspectief voor het begrotingsjaar 2021 uitgegaan van een afgerond tekort van € 32 mln. In het tussentijdse financiële perspectief dat we bij deze Kaderbrief hanteren komen we uit op een afgerond tekort van € 10 mln. in 2021. Dit tekort ligt ondanks enkele voorgestelde extra intensiveringen € 22 miljoen lager dan vorig jaar geprognosticeerd. Hierin zijn op hoofdlijnen de volgende zaken verwerkt:
- € 51 mln. aan incidentele vrijval vanuit reserves, onder gelijktijdige opname van kapitaallasten in de exploitatiebegroting;
- € 5 mln. aan incidentele vrijval van kapitaallasten mobiliteit;
- € 0,5 mln. aan structurele besparingen door het combineren van lopende programma’s;
- € 35 mln. aan intensiveringen en/of voorstellen van nieuw beleid, welke op hoofdlijnen als volgt zijn opgebouwd:
- € 14 mln. voor ambities vanuit de lijst met “nader uit te werken voorstellen” bij de begroting 2020;
- € 12 mln. voor de aanpak van stikstof;
- € 2 mln. voor een corona-steunpakket in de cultuursector;
- € 7 mln. voor overige ontwikkelingen
- De toegepaste indexatiepercentages zijn:
- Geprognosticeerde loonstijging 2,8%
- Prijscompensatie 1,7%
- Consumentenprijsindex 1,7%
Voor het begrotingsjaar 2022 geldt dat het tekort incidenteel oploopt naar afgerond € 25 mln. Dit volgt met name uit de door ons voorgestelde intensiveringen en/of nieuwe beleidsvoornemens om te bouwen aan een gezonde, groene, duurzame en aantrekkelijke provincie voor onze inwoners en de generaties na ons. In 2023 resteert nog een beperkt incidenteel tekort van € 3 mln., waarna we vanaf 2024 rekenen op een structureel voordelig saldo van € 6 mln. Hierbij zij opgemerkt dat het programma Binnenstedelijke ontwikkeling en het financieringsinstrumentarium voor een inclusieve energietransitie meerjarig incidenteel in de cijfers zijn opgenomen.